Door de verplichting om in elk huis rookmelders aan te brengen ontstaat een discussie over het volume en de toonhoogte van de brandmelders. In pers verschijnen berichten dat ouderen deze rookmelders niet meer kunnen horen waardoor er het risico ontstaat dat bij brand zij niet gewaarschuwd worden.
Maar klopt dit wel?
Volgens de gangbare richtlijnen moeten de rookmelders een minimaal volume van 75 dB(A) kunnen produceren. De toonhoogte van het geluid moet dan ongeveer 3100 Hertz bedragen. Verder moeten de rookmelders in de vluchtgangen worden gemonteerd, veelal in de hal of op de overloop.
Helaas zien we dat bij brand dit meestal uitbreekt terwijl de bewoners liggen te slapen. Is het geluid dan hard genoeg om iemand te wekken? In de basis wel maar het geluid van de rookmelder moet wel bij de bewoner kunnen komen. Een gesloten deur of grotere afstand van de rookmelder maakt dat het volume van de rookmelder voor de bewoner als het ware afneemt. Hoe verder weg hoe zachter het geluid wordt. De toonhoogte neemt ook af over afstand. Dit feit kan verklaard worden dat een geluid zoals wij dit waarnemen nooit bestaat uit 1 zuivere toon. Geluiden bestaan uit verschillende tonen van verschillende toonhoogtes. Hogere tonen dempen sneller uit dan lage tonen waardoor geluid op afstand altijd doffer klink als dat je erg dichtbij de bron staat. Ook deuren en muren dempen hogere tonen beter dan lage tonen waardoor opnieuw de gemiddelde toonhoogte daalt. Op deze manier daalt zowel het volume als de toonhoogte op de plek waar men slaapt.
Een ander probleem is dat een geluid voldoende van volume moet zijn om iemand te kunnen wekken. Als mens verkeren we in meerdere slaaptoestanden, de lichte slaap, de REM-slaap en de diepe slaap. Vooral bij de laatste slaaptoestand zijn we ons weinig bewust van datgene wat zich in onze omgeving afspeelt. We horen wel alles maar nemen het minder bewust waar. Dit betekend dat het intredend geluid harder moet zijn om het zelfde effect te bereiken als dat we in een lichte slaaptoestand ons bevinden. Helaas past de rookmelder zich hier niet op aan en ontstaat dus het risico dat we er doorheen slapen.
Verder neemt de gevoeligheid van ons gehoor af naar mate de jaren stijgen. Als we ouder worden gaan we dus minder horen. Vooral de gevoeligheid voor de hoge tonen neemt af. De mens kan geluiden waarnemen tussen 20 en 20000 Hertz maar in de praktijk is dit hoorbaar bereik duidelijk kleiner, vooral aan de hoge kant neemt het gehoor bij het ouder worden af. De waarde van 20000 Hertz, een zeer hoge pieptoon, daalt dan onder de 10000 Hertz. Op deze manier bewegen we richting de toonhoogte van de rookmelder en ontstaat het risico dat we de rookmelder inderdaad niet kunnen horen.
Het voorstel binnen de branche is om de toonhoogte aan te passen naar 540 Hertz, een lagere toon die beter waarneembaar is. Wel dient het volume omhoog te gaan om het risico van onhoorbaarheid te voorkomen.
Een laatste aspect is om zo mogelijk te testen in de feitelijke woonsituatie. Door geluidmetingen te doen tijdens een test kan de beste plek worden gekozen zodat het risico van het niet kunnen horen van de rookmelder voorkomen kan worden. Wij voeren dit soort controlemetingen uit en kunnen u hierbij van dienst zijn.

